Daarheen en weer terug - Reisverslag uit Aberdeen, Verenigd Koninkrijk van contentezza2008 - WaarBenJij.nu Daarheen en weer terug - Reisverslag uit Aberdeen, Verenigd Koninkrijk van contentezza2008 - WaarBenJij.nu

Daarheen en weer terug

Door: Joost

Blijf op de hoogte en volg

17 Augustus 2008 | Verenigd Koninkrijk, Aberdeen

Maandag 11 augustus, Peterhead – Eyemouth

Dag 28

Bij het opstaan is de baai van Peterhead vriendelijk verlicht. De zon schijnt, de luim is goed te noemen.
Ik krijg een sms’je van Jeanette uit Holland (waarvoor dank), met de laatste weerberichten.
Gelijk daarop een sms’je van Jook die het ook al over het weer heeft (ook dank).
Jook is pessimistisch (storm op woensdag), Jeanette optimistisch, (kijkt naar de lange termijn). Wat zegt het magische raam van de havenmeester?

Allebei de dames gelijk, de appel van Paris hoeft niet weggegeven te worden, er komt géén Trojaanse oorlog.

Toch wordt de BBC om 12 uur LW 198 nog strak beluisterd, het weerbeeld blijft hetzelfde.
Twee loeiers van lage druk gebieden, een ten zuiden van IJsland, een boven de Ierse zee!
Ook nog het internet café opgezocht, beetje verfijning in deze torture, gale Bft. 9 occasionaly severe, dat voor de gebieden waar wij naar toe willen Thames en Humber, grenzend aan de Nederlandse kust.

De wind is nu west zuid west matig 3 á 4 bft. : erop los.

Vouwfietsen op het achterdek, stootwillen aan de theetuin geknoopt, keuken afsluiter dicht, walstroom eraf, oliegoed aan, lifelines en zwemvesten, zeilen omhoog (2 reven) in de baai.
De laatste (“stoere”) sms’jes: wij gaan wel even naar IJmuiden en pakken die 400 mijl in een keer)
Tezz schiet hitsig de zee op.

Beetje aflandig windje, dus de golfhoogte valt mee, 1.50m heerlijk zeilen, snor voor de boeg.
Tezz schijnt voor een dame wel een bijzondere moustache te hebben, 3 mijl uit de haven worden we omringd door een school grote dolfijnen die op alle plaatsen vlakbij het schip opduiken.

Wroeissst…zeggen ze tegen ons als ze boven de golven komen, hun adem hoor je spuiten.
Je vraagt je af, hoe deze zoogdieren toch hun hele leven in (de bitterkoude) Noordzee kunnen overleven.
Helaas neemt de familie Flipper weer snel afscheid van ons.
Wachten indelen, Wout met John de hondenwacht, Gerie met mij de 1e wacht.
Tezz speert door de Noordzee, we zien de kust in nevels verdwijnen. Good bye Avalon.

Gerie en ik koken, of wat daar voor doorgaat, her schip vaart onder een flinke sb. Helling en maakt af en toe een aardige schuiver, waren er overeenkomsten tussen een mens en de Zuid Amerikaanse 8 poot spin, Gerie en ik zouden ze alle 16 gebruiken.
Hier dreigt een blik zojuist geopende sappige mais te riccocheren, daar is de pan met spaggetti die het hazenpad wil kiezen.
Ik ben overigens van mening dat de uitvinder van de Smac als oorlogsmisdadiger een nekschot had moeten krijgen, (not my favorite), ik snij het dan ook maar zo klein dat de Smacmoleculen in het eten niet meer vindbaar zijn.
Gerie maakt nog een lekkere salade, hoe krijgt ze het voor elkaar in deze cake walk.

Het eten wordt genuttigd in de kuip, men knaagt.
Even later zie ik John een snoekduik nemen naar het toilet.
Het is niet poepen maar kotsen geblazen en blijmoedig horen wij zijn doodsgerochel in het voorschip.
Je kunt natuurlijk beter vomeren over de railing, maar John is als zeeman nog niet helemaal uitgeleerd en beloofd in het aangezicht van zijn rigor mortis beterschap.

Gis en snoef aan loef,
Kots en pis aan lij, leerden we vroeger.

Na de afwas nog even koffie, Gerie en ik pakken tot 22.00 uur nog een uurtje, als we het trekken, zullen we de boys porren om 03.00 uur.

Op onze wacht schraalt de wind van zuid-zuid-west, naar zuid-zuid-oost, toch niet opnieuw naar st. Petersburg? Ik wacht nog even met overstag gaan tot de boys boven zijn.

Ineens trekt de koude hemel open en zien we een fenomenale sterrenlucht, die je alleen midden op zee kunt meemaken. De Grote Beer is helderder dan ooit, de Poolster staat verkeerd, want we varen oost, Orion is duidelijk te zien, Sirius geeft zijn vertrouwde lichtflitsen.
Ik mag mij niet eens een waarnemend amateur sterrenkundige noemen, maar deze kan ik Gerie nog wel laten zien.
Die sterrenkijkerij leerde ik overigens van Maaike, die er geen been in ziet de hele avond met sterrenkaarten en kijker de Apeldoornse hemel te bestuderen.

Tezz hobbelt en knobbelt voort, de snelheid neemt af tot twee knopen.
Geen probleem, de ene vallende ster na de andere, die met fors lichtgeweld langs de hemel schiet.
De wens gedaan……, tijd voor een staatslot.

We passeren een soort groot vissersschip, dat begint te seinen in Morse.
Gerie seint niet vlotjes terug.

De boys komen om 03.00 uur boven, al is John niet in top conditie.


Maandag 12 augustus, Noordzee - Eyemouth.

Dag 29

We hebben weer wat verse weerberichten en daar worden we niet vrolijk van.
Peterhead – IJmuiden had ons wel wat geleken, maar de berichten voor de gebieden Thames en Humber blijven waarschuwingen van severe gale, windkracht 9 geven.

Én de rotzooi komt met gezwinde spoed deze kant op.

De barometer daalt fluks naar 1005 millibar.
Ik besluit niet toe te geven aan een opkomende hartaanval, maar bespreek de zaak met Wout.

De Imray kaart erop na geslagen, Edinburg is geen optie, dat ligt te ver land inwaarts. Wel jammer, er schijnen vele pipe festivals aan de gang te zijn
Berwick- uppon – Tweed en Dunbar worden sterk afgeraden in de Reeds, (wegens de hoge swell- branding) om aan te lopen met Noord-Wester storm.

Eyemouth ligt 60 mijl op koers van 230 graden, als we iets afvallen en de motor er vol bij zetten, zouden we het in ongeveer 6 uur kunnen halen en in de haven een lange neus tegen de komende storm kunnen trekken.
Het Japs geweld gestart, met één rif grootzeil, fok en kluiver en vier rood aanlopende Jappen gaan we er vandoor, het hazenpad, op naar de kust.
Het kielzog van Tezz is ditmaal lichtbruin van kleur. Daar hoef je je niet voor te schamen!

Beter blô Jan, dan doo Jan,

placht opa Poelen in zijn leunstoel op te merken.

De zee is als een grijze beer, die klaarstaat om op je af te springen.
He begint zacht te regenen en dat blijft niet zo, we zien zandlopers van regengordijnen aan de einder, waar het steeds zwarter wordt.
Baas Mitsubishi wordt vol op de staart getrapt, want die “gale” weerberichten blijven maar komen en wij zitten wel erg ver uit de kust.
Maar het loopt goed, met gemiddeld vijf knopen (en harder loopt Tezz niet ceteris paribus), halen we in 10 uur de kust.
Die doemt grijs en nevelig op, een hoop lokale vissersboten komen ons tegemoet.
Een grote coaster wijkt voor ons (heel beleefd), maar wij hebben de motor ook bij, dus we zijn geen zeilschip meer.
Dan moet je duidelijk roer geven, anders weten ze daar op de brug ook niet meer wat we willen, dus sturen we naar des coasters kont.
Even de hand omhoog, we waarderen het.

Voor Eyemouth liggen een paar gemene riffen, de haven ingang is maar 17 meter breed.
Alles keurig op de gps gezet en de lappen komen in een fors deinende baai naar beneden.
Buiten knallen de golven tegen de rotsen, maar tante Truus is binnen!

In het havenkanaaltje ligt een zeehond op de kant, we passeren hem op 4 meter, welkom in Eyemouth.
Het is een echte oude Engelse vissershaven, stinkt naar vis en diesel, het water van de Eye is bruin, de rotsen hoog en begroeid met allerlei wier.
Maar het sfeertje heeft wel wat, oude vissersschepen, ruige Schotse stemmen, netten aan de kant, een verwaarloosde sleephelling.

Voor ons ligt zowaar een oude Chinese jonk, onderdeel van het plaatselijke scheepvaartmuseum.
Op de kade aan de overkant slaan jongelui elkaar de bloedneuzen vol, de oorzaak blijkt een tochtige vissersdochter te zijn.

Vastgeknoopt aan de Gillian, van Gerrit uit Andijk.
Het is een solozeiler die al drie maanden onderweg is, vanuit Nederland eerst naar het zuiden, daarna omhoog langs de Engelse Oostkust.
We bieden hem een biertje aan en weldra zitten alle Tezzen en Gerrit te sappen onder een oude fok die ik gejut heb uit de afvalcontainer in Harderwijk, doet als waterzeil onder de giek, of als kuipzeiltje nog erg zijn best.
We liggen drie dik, allemaal Nederlandse schepen, grappig al dat rood wit blauw.

Het begint steeds harder te regenen, de roef van Tezz lijkt wel een sauna met al die natte zeilkleding en de te stoven beeflappen.

John en Wout aan de afwas, Gerie en ik de kroeg in.
Dat blijkt een gezellig havengeval met veel gelach en een hoop pret.
Het lijkt wel op de Steigerende Pony van Gerben Boterbast in Breeg, dezelfde regen striemt buiten de verlaten granieten straatstenen.

Een Hobbit had niet meer stilte kunnen veroorzaken dan ik, de hoogte van de gelagkamer is 1.95m, zeer hoofdbukkend treden ik en Gerie (niet) binnen. Stilte!!

We maken kennis met een allerleukste Engelse heer (67), politicus geweest, zeer geestig.
Een kruising van Captain Mainwaring ( Dad’s Army) en Captain Peacock (Are you being served?).
Hij zeilt met een vriend naar Edinburg, om daar de festivals mee te kunnen maken.

De Engelse humor (met enigszins bekakte stem) is onevenaarbaar, we lachen ons slap!
Ik kan hem nog verrassen met een paar Engelse grappen uit mijn BZ. Tijd.
Die hebben een Holland een baard, hier zijn ze kakelvers.
Valt overigens niet mee moppen tappen in het Engels.

Het bier schuimt, zij een rondje, wij een rondje.

Bij sluitingstijd worden we bij Peacock nog uitgenodigd, voor een excellente Malt bij hem aan boord.
Beetje afgeleefde schuit, who cares, uitstekende vrienden.

Door de regen weer aan boord Tezz. We horen de zeehond proesten in de haven, grappig.

De bezorgde Hollandse buurman heeft gevraagd om een paar extra lijnen naar de wal, hebben we gedaan, Tezz ligt lekker opgeknoopt, dat slaapt lekker
Heel moe, heel duf nu, maar 4 uurtjes gepit de vorige nacht.
Even bijspijkeren.

Woensdag 13 augustus, Eyemouth – Blythe (55 mijl)

Dag 30

Gerrit de buurman ramt al (veel te vroeg) om 09.00 uur op het kajuitdak.
Hij wil varen, 50 mijl naar het zuiden. Bound for Blythe.
Vol ongeloof staar ik naar regensluiers, kreunende takken en zie het schuimen bij de haven ingang.
Maar Gerrit wil er echt tussenuit, dat wordt dus verhalen.
Ik por het vooronder (hoeft bij het achteronder niet te gebeuren) en even later steken twee afgeleefde jongeheren hun rimpelige kop de wereld in.

Zit er toch wat in Gerrits idee?
Ik overleg met Wout. Die ziet het wel zitten, okee dan gaan we ervoor.
Gerrit geeft ons nog een half uur, Gerie bakt met een noodtempo heerlijke omeletten voor onderweg, een sloot koffie, alles zeevast, klaar voor en achter.
John kan hem deze ochtend nog niet echt in de hogere versnelling krijgen, maar ja dit is geen Waldsein tochtje, maar grote mensen zeilen en als het erop aan komt ben ik (soms) een ongeduldig baasje.

Ik wil de lappen omhoog hebben in het smalle havenkanaaltje, waar nog geen deining staat.
Even verwarring over een eerste of een tweede rif, geen gelul, omhoog dat grootzeil, straks kan het niet meer.
In de haast ramt onze waterstag de kop van de havenzeehond, Wout ziet hem boos wegschieten.
Kennen die gasten dan geen voorrangsregels?
Bovendien staan er diverse borden aan de wal die aangeven dat het verboden is om in de haven te zwemmen!

De lappen staan er net op tijd bij, het voorschip van Tezz verdwijnt bijna onder water. Rollers van 2 meter.
John heeft penitentie, want hij moet op het voordek een vergeten stootwil van de railing halen en aan de theetuin vastknopen. Natte klus, maar John knoopt zijn knoopje.
Ik begrijp het wel, John is van goede wil en moet aan het schip en zijn maatjes nog even wennen.

Naast ons stuitert de Gillian op de stuurautomaat om de eerste riffen heen
Als een spin zien we Gerrit op het gladde schuine dek van zijn Victoire de zeilen hijsen.
Diep ontzag, in je eentje!!!!!!
Leuke die plastic bootjes op het IJsselmeer.
Buiten is de deining zeer onplezierig, we hebben de wind achterlijk en giek, fok en kluiver slaan als dollen om ons heen.
Bulletalie erbij, fokkeloet erbij, dat helpt buiten, maar binnen is het een waar pandemonium van pannen, blikken deksels en bestek etc, wat de kasten en laden tegen elkaar op ligt te rammen.

Niets aan te doen, ik wordt paars van ergernis. Dan maar een bus tranquilizer, in de vorm van Gerie, die overal theedoeken in propt.
Na een paar uur kunnen we na het passeren van de Farne eilanden gijpen, het schip komt rustiger te liggen.
Wat een enorme deining, waterbergen komen weer op ons af, maar de soepele kont van Tezz kan ze hebben.
De hemel trekt open, terwijl heel Engeland (en Nederland) wordt gebeukt door een zeer zware storm (windstoten van 100 km per uur wordt ons door Annette de Vries via het mobiel van Gerie) gemeld bij Callantsoog.
Zeer zware regen en meer ongein, zeilen we hier langs een fraaie Engelse kust met kanjers van kasteelruïnes op de kant.
Soms zit het mee. Vaker tegen

De Gillian hijst zijn a-symetrische spinaker, en de oude Tezz hijgt achter haar veel jongere zuster aan.

Het wordt donker, vuurtorentjes op de wal pinken hun licht, waar blijft Blyth.
Regen maakt het er ook niet vrolijker op, maar eindelijk komt er een einde aan deze etappe van 60 mijl.

Wout vindt het leuk om alleen op de gps de haven in te sturen, ook dit hoogstandje wordt geklaard.
Bij de Royal Northhumberland Yachtclub afgemeerd, een zeer schilderachtig clubgebouw in de vorm van een houten voormalig lichtschip. Daar is het goed pinten pakken in een geheel koperen en mahonie bar.

Borrel na borrel na borrel aan boord, zelfs een zéér matige drinker als John, laat zich verleiden tot een tweede glas!!!

Gerie taait af, de port is op, de heren gaan nog door met hun slemppartij tot in de kleine uurtjes.
In alcoholische nevels gehuld, sluimert Tezz in de haven.


Woensdag 14 augustus, Blyth – Noordzee z.o.

Dag 31

Berouw komt na de zonde, met een zwaar hoofd staan we naar elkaar op de steiger te loeren, de Gillian is in geen velden of wegen meer te zien.

Op naar de douches.

Volgens oud marine gebruik is het vandaag ( na 30 dagen aan boord), “snikkelparade”, strenge controles zullen door ervaren medici in dit verband worden verricht.
We zijn een maand onderweg, medisch toezicht blijft voor alle rangen aan boord noodzakelijk.

Onze medicus is in dit geval Gerie, zij is/was verpleegkundige.
Vroeger stonden de matrozen in een rij voor de scheepsarts, de officieren kregen een aparte onderzoekskamer.
Echter door een PvdA ammandement (mw. Dra. D.G.A. Steeltje) op de vlootwet uit 1953 moeten álle opvarenden vanaf dat jaar gezamenlijk gecontroleerd worden.
Zo kan het gebeuren dat John, Wout en ik (naakt en zonder voormalige prerogatieven), ons in een lange rij met onze jonge eiken voor de aanwezige medicus opstellen.

Gerie heeft gedreigd, bij het constateren van onregelmatigheden met een behandeling in een halve emmer thinner.
Dat helpt, uiterste aandacht is door ons deze ochtend geschonken aan het gedegen reinigen der edele delen.
De controles zijn dan ook bevredigend te noemen, wijzen latere attesten uit.

Water, makkelijk zat, rode diesel, moeilijk moeilijk, nergens te vinden.
Ik wil het schip tot het randje met diesel vullen, de oversteek moet nu gaan beginnen.
Een aardige Engelse jachtschipper brengt uitkomst, we rijden zo’n 20 mijl om het begeerde rode spul te krijgen, scheelt dik een euro per liter met gewone diesel, dus met 80 liter te tanken is het wel het ritje waard.
Alles vol, trossen los.
Wout vaart om 15.00 uur het schip keurig de haven uit, zee op.

In Brittain rain, showers on the continent.
De wind ruimt in de avond naar west zuidwest, lang blijven de wallichten zichtbaar.
Gerie en ik hebben de eerste wacht, van 21.00 uur tot 02.00 uur.
Tijdens onze wacht (we zeilen met motor bij) komt een gigantische supply boot wel erg dicht bij.
We zien zijn rode boordlicht steeds feller worden, liggen dus op convergerende (snijdende) koersen.
Maar de olifant draait na een tijdje nagelbijten langzaam bij, rood wordt rood-groen en vervolgens groen, achter de kont van Tezz langs.
Snuivend passeert het grote zwarte zeedier met een enorme boeggolf op twee kabellengtes (200 meter) achter ons.
Zeilschip heeft voorrang (buiten de shipping lanes).
Het moet mij van het hart, steeds wijken de zeemonsters keurig uit, daarom moet Tezz koers houden, anders is de verwarring compleet en kan de Porto Ricaanse wachtsman aan een cursus Engels vloeken beginnen.
Onze wacht verloopt, John en Wout komen boven.
Wij gaan ter kooi, de slaap valt moeilijk te vatten.

Vrijdag 15 augustus, Noordzee op weg naar Nederland

Dag 32

Om 7 uur worden wij gepord in een prachtige morgen.
De zee is kalm, gouden zonnestralen boven een betoverend mooie blauwe Noordzee.

Ontbijtje gaat er best in, koffie ook. Je boft als je wacht loopt met Gerie, die trekt s’morgens gelijk alles uit de kast.
De companen uit de andere wacht moeten op een houtje bijten, zo niet de schrijver dezes.

Heerlijk in de zon op het voordek, de stuurautomaat doet (wrjiest – wrjioest) ergens ver achter zijn werk.
Om de paar minuten de ogen even open, prachtig prachtig.
Gerie is het gebrom van de motor zat en gaat voorop een uurtje op de preekstoel (voorop) zitten.
Heerlijk gestoofd door de zon onder de grote kluiver, zie ik haar even de oogjes droogmaken.
Het machtige geruiswieg der golven en het oneindige vergezicht over zee deden haar denken aan de schommelende gang van haar dromedaris in de Sinaï, vertelt ze mij later.
Dat moet mooi geweest zijn.

Er dient zich echter een ernstig technisch probleem aan wat serieus aangepakt moet worden.

“Worst things happen at sea”! Een staande uitdrukking in de zeevaart.

Met het hydraulisch stuurwerk gaat het niet goed. (To put it mildly!).
Op de roerkoning is een zware moer gelast, daaroverheen zit een dopsleutel die weer aan de leefer zit.

Die leefer wordt door de hydraulische cilinder aangestuurd.
Het systeem was voor de reis al niet optimaal, maar door de voortdurende werking van de automaat slijt de zware moer in rap tempo. Op de roerkoning ligt een laagje ijzerslijpsel dat weinig goeds voorspelt, er komt ook steeds meer speling.
Geen goed plan om de kustwacht te moeten oproepen met een may day als we stuurloos met harde wind midden op de Noordzee liggen.
Ik breek in mijn kooi mijn hoofd erover, van het knarsen en gillen van het schurend ijzer kan ik trouwens toch niet slapen.

Eureka……., waarom niet de zware bahco (Engelse sleutel) gepakt, op het onderste deel van de moer bevestigt en deze met een lijmtang aan de leefer gekoppeld?

Met enig gepruts lukt dat en mijn zweetdruppels nemen af. Wout stelt voor het systeem te verfijnen door op de achterkant van de bahco een tweede drukpunt te maken.
Dat werkt goed en we kunnen met deze noodmaatregel de laatste 200 mijl zeevaart afleggen.
Het eerste wat mij in Durgerdam te doen staat, is dit probleem aanpakken.
Je kunt op makkelijker manieren zelfmoord plegen.

Wout kookt, wij eten.
Het volgende blik opengerukt, beetje van gisteren erbij, smaakt prima.

Gerie en ik nemen deze keer de hondenwacht, na de avondschaft gelijk de kooi in.
Ik krijg van haar twee slaappillen, want door de zorgen over- en het getob met het roer staan de wijzers bij mij ook boven rood en zou ik maar liggen malen.
De pillen werken, ik wordt redelijk uitgerust om 02.00 uur gepord.
De jongens naar beneden, om ons heen aan dek een waar licht festival.
We zitten in een van de grote olievelden, het barst van de boortorens en suply schepen die omdat we de navigatielichten van een zeilschip voeren keurig voor ons uitwijken.
De wind gaat wat ruimen, Tezz schuimt er lekker doorheen.
Een prachtige zonsopkomst boven een dan weer verlaten zee.
Gerie filmt als een dolle, we zullen de shots op de Louis Vos dvd van deze reis te zien krijgen.

Zaterdag 16 augustus, Noordzee op weg naar IJmuiden

Dag 33.

Om 07.00 uur komt de opkomende wacht boven. John redelijk uitgerust, Hij heeft in de roef op de stuurboords bank geslapen. Wout heeft in het vooronder gemiddeld 4 uur, 10 cm boven zijn kooi gezweefd.(Iets voor de Uri Geller show).
Volgens mij heeft hij duidelijk aanleg voor astronaut.
Gerie meurt de hele dag. De winterslaap valt vroeg in dit jaar.
We zullen haar in de lente wel sterk vermagerd, met een vale acht en enigszins humeurig op het achterdek aantreffen.

John gaat nu ook voor het serieuze werk, leest afwisselend Kapitein Singleton en de Leidraad voor zeezeilers.
Moet een aangename combinatie zijn, je hebt geen kind aan hem.

Traag worden de mijlen naar IJmuiden weg gekauwd, bij het opstaan heeft Wout het schip echter zo op één oor gelegd, dat al mijn beurse plekken weer eens een nieuwe beurt krijgen, hel en verdoemenis!!!
Doch ook die marteling is eindig, na een paar uur wordt het wat rustiger en kan koffie en eten gemaakt worden.
De motor bromt gestaag, constant verdwijnt er weer een nieuwe jerrycan uit de theetuin, of het nodige sap uit de kieltanks in het bodemloze gat.
Goed dat we vol diesel vertrokken zijn uit Engeland, beter 100 liter over, dan tien tekort.

We naderen weer het Nederlandse cultuurgebied, de grens op het continentaal plat.

“Kees je stinkt”, klinkt het onvervalst op kanaal 16.
Wisten we al.
Ook de Engelse stemmen op de marifoon hebben het bekende Nederlandse boerenkool accentje.
Het windpark, 10 mijl voor IJmuiden wordt gespot, speeltuintje voor EZ, wanhoop voor de belastingbetaler.
De dynamo op mijn fiets levert relatief meer vermogen op, ik krijg er echter geen subsidie voor.
Maar ja weer een hoop ambtenarendom van de straat.
Alleen al het aanvragen voor de vergunningen levert een millenium ambtenaren uren op.

Nog 16 mijl, nog 12 mijl.
Dromen over witte tafellakens, T bone steaks tot in het oneindige, geslepen scheermessen, en hete douche stralen, ogen op Tezz staan verwilderd, ik deel de laatste tranquillizers uit.
Waar is die blanke top der duinen, die schittert in de zonnegloed?
Water water, op al mijn tochten over zee, waren die laatste mijlen het moeilijkst.
De laatste loodjes wegen het zwaarst, indeed.
De Kustwacht meldt zich, veel gedonder over loodsen op wachtende zeeschepen, er moeten een behoorlijk aantal Nederlandse huisvrouwen aan boord zijn……….., lekker voordringen.

Eindelijk dan, die mooie Hollandse duinen.
Een vage streep aan de horizon, meer niet.
Een paar pijpen in de lucht, veel rook, de Hoogovens.

We willen de pieren binnendraaien, maar er komt een zeeboot uit zee aandenderen.
Ik vertrouw de zaak niet en ga nog een keer overstag.
Met de Hoop op Zegen voer ik eens Harlingen binnen en dacht nog wel voor de aanstormende gastanker naar binnen te kunnen, die vent begon tegen mij al te toeteren toen hij nog ter hoogte van Vlieland was.
Liep ruim goed af, de havenmeester dacht er op kanaal 12 anders over.
Zelden zo smerig in het Fries horen vloeken. Je maakt wat mee.

Stuurboord uit, de Seaport Marina in, de havenmeester dirigeert ons naar de E steiger.
Rap de wal op voor een warme hap, bij een chinees kunnen we nog net de pannen leegschrapen.
Wout en John gaan nog het strand op voor het grote avontuur, Gerie en ik babbelen wat na bij een laatste blik op de maansverduistering die bijna voorbij is.

Nog een borrel en ik moet bij het ter kooi gaan opletten, dat ik ook mijn tweede been erin steek, anders wordt ik met een been er buiten wakker, total loss.
Dan neemt het zwarte kaperschip mij mee.

Zondag 17 augustus, IJmuiden – Durgerdam

Dag 34

Eindelijk de felbegeerde douche, je kan de lagen zout van je huid afpellen, je hoofd vertoont opvallende gelijkenissen met een Lola borstel. Intens bruin van de zee zon, dat wel
Heerlijke omelet van Gerie, die beschimmeld brood ( uit Peterhead) aan de zwanen voert.
Gelukkig zijn er nog wat afbak stokbroodjes, de schepelingen kunnen op de laatste ochtend nog ordentelijk gespijzigd en gelaafd worden.
Schip schoonspuiten, zeesjorringen van de bijboot af, lifelinebanden kunnen weer in de bakskist. Tezz wordt weer een zoetwater bootje.
In de marina ligt een prachtige teak schoener, een scheet van een schip, lijkt op de Blue Nose uit Nova Scotia.
Ik maak even kennis met schipper en schipperse, een ritje naar Engeland op die schuit zou wel iets zijn om “duim en vingers bij af te likken” zou mijn oude vriend Jan Krol opmerken.
Kaartje gegeven, je weet maar nooit.
Jaap Porsius de havenmeester gebeld, mijn box is vrij, een flesje Schotse whisky gaar er altijd in.

Zeesluizen bij IJmuiden, we kunnen er nog net bij.
Noordzee kanaal prachtig in de zonneschijn, Gerie aan het roer, de kleine meid geniet.
John pakt zijn baring al in.

Oranje sluizen, de geul naar Durgerdam, steigerpalen, de Porsï
Tezz is weer thuis.


Arma virumque Cano

“ Ik bezing wapenen en mannen” , eens schreef een Romeins dichter dat op.

Twee keer de Noordzee over, door hoge waterbergen, eenzame nachten die of toverachtig of duivels waren, nachten waarbij je wegdroomde of het constant in je broek deed.
Klippen en andere onderwater ongein, slecht gemarkeerd vaarwater, felle tijstromen, nauwe haventjes bij nacht en ontij.

Het was, zoals ik mij dat voorgesteld had, mysterieuze meren, verlaten eilanden, imponerende kasteelruïnes, veel muziek ook, de pipes hebben mijn hart gestolen.
Het avontuur met de walvis, de schitterende Jan van Genten, die ik al eerder op de Lange Anna op Helgoland zag broeden.
Zeehonden, je kon ze bijna aaien.

Zo’n reis moet je maken met prima maten, twee wachten, André en ik, later Gerie en ik.
Wout met Bart en Gerie op de heenreis, terug met John.
Je kon met Wout op wacht rustig in je kooi liggen.
Men gaat naar Schiphol en met het vereiste papiertje is men in twee uur vliegen in Schotland.
Is dat de menselijke maat?
Ik geloof er niets van, zeeën zijn er om bevaren te worden, het brood smaakt zoveel beter als men het zelf gebakken heeft.

Tezz is die oven, daar kan het deeg in.
Ook een mens kan altijd opnieuw die oven in, komt er zoveel beter uit.

Tezz ligt met een paar roestvegen in de oude havenkom van Durgerdam.
Nieuwe avonturen gloren aan de horizon. Habeo horam. (ik heb de tijd), zegt ze.

Riga dan of misschien IJsland volgend jaar? Zonder dromen kun je niet leven.

Dag Wout, Gerie, André, John en Bart.
Dag alle schrijvers op het weblog, de foto’s komen eraan.


  • 17 Augustus 2008 - 17:53

    Jeanet:

    hoi hoi allen,
    Prachtig verhaal weer Joost!, jullie hebben genoten en verdiend genoten!
    Bijzonder was het ook voor mij om op deze manier mat jullie mee te varen.
    Waarschijnlijk te kort, maar volgende keer meer .......
    Lekker thuis weer in je eigen bedje en douche en alle "luxe", die als je er voor kon kiezen, denk ik toch niet wil ruilen voor deze geweldige Tezz, die jullie overal brengt.
    Het gaat jullie allen goed en ben benieuwd naar film en foto's

    Lieve groet Jeanet

  • 17 Augustus 2008 - 18:19

    Josée:

    Gefeliciteerd allemaal,
    Eindelijk alles kunnen lezen, druk geweest en geen tijd gehad voor jullie avonturen, foei... Maar in gedachten was ik wel bij jullie, ook door kaart en smsberichten van Joost, dank daarvoor.
    Wat een reisverslag en je hebt weer een droom waar gemaakt. Je mag het weer bijschrijven in de logboeken. Ik hoop je snel te zien en wellicht weer snel muziek te maken.
    We bellen, rust eerst maar lekker uit en droom nog maar even na...
    Geweldig... Alle Tezzelaars wens ik een fijn na genieten.
    Josée

  • 17 Augustus 2008 - 18:28

    Jook:

    Welkom thuis....volgens mij doen jullie vannacht geen oog dicht na al dat geslinger en gerol 's nachts...Heel veel sterkte met het wennen aan het geregelde leventje en dank voor het mogen meebeleven van jullie avonturen!


  • 17 Augustus 2008 - 19:49

    Kari:

    Welkom thuis!!!!
    Ik heb diepe bewondering voor jullie!!!!
    Dit wordt nog lang nagenieten, neem ik aan.
    Nogmaals heel veel dank voor de verslagen Joost :-)
    Wacht met enig ongeduld op de film en foto's :-)
    Liefs uit Leeuwarden

  • 17 Augustus 2008 - 21:09

    Wim:

    Eindelijk Joost, weer terug, dus weer flink oefenen op je banjo. Het was een geweldig reisverslag, net zoals de landing op de maan, je moet het maar geloven dat het echt gebeurd is. Ok ik geloof je, dat jullie dit hebben gepresteerd. Ciao

  • 18 Augustus 2008 - 04:41

    Jeannette D.d.:

    Joost en alle Tezzenaren: het is jullie weer gelukt....en ik heb al jullie belevenissen met veel plezier (maar ook met enige angst en beven) én grote bewondering gevolgd.
    Petje af en complimenten aan jullie allemaal.

  • 18 Augustus 2008 - 12:24

    JW:

    Mijn hoed en mijn pet af voor deze spannende zeilprestatie en idem verslaglegging! Ik heb erg meegeleefd, Google Earth steeds geraadpleegd om jullie te volgen. Het meest heb ik meegeleefd met sommige onderdelen van de ervaringen van John, een reden voor mij om nooit op zo'n boot mee te varen.
    O ja, Joost, ik denk dat Gerie wel zeer onder de indruk van je astronomisch exposé moet zijn geweest, want normaliter staan Orion en Sirius alleen 's winters aan de hemel te pronken.
    Hartelijke groet en tot spoedig ziens, JW

  • 18 Augustus 2008 - 12:53

    Arja:

    Dank, Dank, voor het mogen meebeleven van jullie avontuur.Wat had ik geluk dat ik op de valreep mee kon lezen. Spannende passages afgewisseld met prachtige momenten. Joost je bent naast schipper een begenadigd schrijver. Jammer dat het boek uit is, opluchting dat het goed af is afgelopen. Complimenten ook voor de bemanning. Het zal onvergetelijk zijn.

    Lieve, hartelijke groeten, Arja

    Daarheen en weer terug:

    .....,

    Wegen gaan verder, al maar door,
    Onder wolk en onder ster;
    Maar zij die zwerven zonder spoor,
    Keren naar huis terug van ver.
    Ogen die zagen zwaard en vuur
    In rotsgewelf, door angst benauwd,
    Zien weide en groen in 't blijde uur,
    Bomen en heuvels, lang vertrouwd.

  • 18 Augustus 2008 - 13:29

    Nico Snip:

    Dank voor het prachtige verhaal Joost, ik heb er van genoten, dat maak ik niet mee, op de Friese meren, gr, Nico Snip.

  • 18 Augustus 2008 - 14:25

    Hinke:

    Geweldig! Joost, je bent een boeiend verteller en schrijver. Ik heb genoten van jullie reis, ben ook blij dat jullie allemaal weer heelhuids terug zijn.
    Groetjes,
    Hinke

  • 18 Augustus 2008 - 15:59

    Joost Aan JW:

    Klopt JW, het bewijst maar weer eens te meer wat een armzalige semi amateur sterrekijker ik ben. Je hebt gelijk, Orion en Sirius staan in de Winterdriehoek, Wega Deneb en Altaiir in de zomer driehoek. (is dat wel okée?)
    Maar ondanks dat, we hebben genoten van de buitengewoon fraaie sterrenhemel die nacht.

    Groet en tot spoedig,

    Joost

  • 18 Augustus 2008 - 17:57

    Quinta:

    GEZOCHT :
    Sympathieke erudiete zeezeiler , die mij in ijltempo de grondbeginselen en de fijne kneepjes van het zeilen kan bijbrengen .
    Weg met Iceland Air !

    Omissis Iocis...het was om te watertanden , tóch een vetleren medaille !

  • 19 Augustus 2008 - 08:09

    Ans Van Vlieland:

    ik hoop dat jullie snel weer een trip maken deze reis was boeiend omdat ik 2 jaar geleden daar ook was ook aardig dat je vlieland en harlingen in je reisverslag noemde gr ans

  • 20 Augustus 2008 - 18:23

    Jook:

    Langs het strand heb ik gevonden
    een schelp, gewoon van alledag;
    niet dat je zegt: wat is-ie mooi,
    maar wel hoe gaaf en ongeschonden
    zoals hij voor mijn voeten lag.

    Nieuwsgierig om opnieuw te horen
    hoe het ruisen van de zee
    als vroeger spoelt om beide oren,
    bukte ik en nam hem op
    zoals ik ook als kind al dee.

    Nog denkend aan het ruime sop
    drong ik met rooie oren binnen
    in het geheim van oceanen;
    zo kon ik mij op schepen wanen
    en aan een wereldreis beginnen.

    Soms blijf ik verbaasd nog staan
    hoe schelpen uit het rulle zand
    doen horen van een overkant
    tot mijlen ver van zee vandaan.

  • 23 Augustus 2008 - 10:10

    Linda:

    Mooi verhaal Joost.
    Ik heb het met verbazing gelezen. Prachtig hoe jij het beschrijft.
    Kun je via planet, mij jou mail adres geven? Ik kan je daar niet bereiken...
    Groet van Linda

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Verenigd Koninkrijk, Aberdeen

Mijn eerste reis

Recente Reisverslagen:

17 Augustus 2008

Daarheen en weer terug

11 Augustus 2008

Peterhead, het grote wachten

09 Augustus 2008

Aankomst Peterhead

09 Augustus 2008

Lossiemouth

06 Augustus 2008

Lossiemouth

Actief sinds 03 Juni 2008
Verslag gelezen: 5308
Totaal aantal bezoekers 46983

Voorgaande reizen:

20 Juni 2008 - 31 Oktober 2008

Mijn eerste reis

Landen bezocht: